12.
Mijn Vader …
Mijn Vader
Een man in mijn leven van nu(toen),
mijn leermeester, mijn leerproces.
Hij was ook mijn angst; een les, een voorbeeld, een steun.
Was hij er niet, ik had geen beelden van goed of slecht.
Vanaf mijn 17de jaar was hij voor mij ondubbelzinnig
aanwezig,
beelden genoeg over hoe hij was, en hoe ik op hem reageerde,
eerder te veel herinnering dan te weinig, soms erg soms niet!
Wat ik heb geleerd is, vechten en schreeuwen over hoe het moest,
of wat het beste was,
én waar mijn onvermogen lag.
Ik heb geschreeuwd, gehuild, geraasd en getierd. Tegen die muur van
zwijgzaamheid, of was het onmacht? Dat zwijgen vergezelde hem, altijd en
overal, thuis op het werk, waar dan ook.
Nu komt er bij mij een proces opgang van leren luisteren, praten en
zwijgen als het moet. Werken, nadenken, overwegen, afwegen en opnieuw
proberen. 6 jaar later ….
Het is goed geweest dat hij er was,
in mijn leven van toen.
Het is goed geweest dat hij er was
in mijn leven later.
Hij paste in de tijd van toen, en jaren later paste hij ook in die tijd.
Het heden is vooraf gegaan door mensen als Hij, en laat ik ook
mijn Moeder niet vergeten. En zoals die van haar. Het heden
gaat nu, vóóraf, aan de tijd van straks, ónze toekomst. Hij,
en Zij, zijn daar dus mede bouwstenen van, of anders
gezegd mede verantwoordelijk aan, net zoals ik medeverantwoordelijk ben
voor mijn kinderen van nu, en voor mensen naast en om mij heen mensen in
het nu van straks.
Het is een mede verantwoordelijk
zijn, die onvermijdelijk is en waar geen eind aan komt.
Ik ben die Ik ben.
Velp
4-4-1991.
|