Het heengaan een scheidingsproces …
Hoe is het heengaan van hen die wij gedenken,
anders dan het heengaan
door scheiding of verlating? Bij het sterven is
het heengaan iets definitiefs,
iets van een absolute orde, en bij scheiding gaat
er ook een proces aan vooraf,
niet alleen een proces van afscheid, maar ook een
proces van hoe gaat de
een ten opzichte van de ander verder.
Bij sterven is het een proces van definitief
loslaten, en bij scheiding
een proces door het leven heen, hoe verder in de
tijd des te meer los
van de ander! Anders dan bij het sterven is het
bij scheiding een proces van
doorgaan, verder het leven in.
Het verwerken en het er alleen voor staan, is bij
sterven en scheiding allicht
wel vergelijkbaar, bij het eerste is de strijd
gestreden, bij het ‘tweede’
is het heengaan, juist als er kinderen bij
betrokken zijn, vaak ‘helaas’ een
bron voor strijd en mistoestanden, uiteindelijk
na een periode, bij de een
van langere duur dan bij de ander, ontstaat er
ruimte voor nieuwe contacten
of berusting over het voorbije.
Bij het sterven is er sprake van gedenken, zoals
wij dat vandaag doen,
bij het graf van onze broer Alfons, ook wel Fons
of Fufke genoemd. En ook
bij hem staan we even stil, wat waren zijn
eigen-aard/dig/heden, en wat
waren ‘zijn’ grappen en grollen ook al weer. Het
is goed ons te herinneren
hoe en wie hij was. Daarvoor zijn we hier bij
elkaar gekomen.
En toch … misschien is het ook wel een plaats of
een moment om eens stil
te staan bij ‘hen’ onder ons die ‘gescheiden’
zijn. Want dit zijn processen in
het leven van alle dag, een ieder onder ons kan
het overkomen, of is het
overkomen. Het zijn mijn inzien’s processen, of
liever gezegd voorbije
relaties, die ook ‘gedenkwaardig’ zijn. Goh met
wie ging die toen ook alweer,
en hoe is het de ander vergaan, en dan heb ik het
over hen; die uit onze
blikveld verdwenen zijn!
Ook al is de mens nog zo slim en op de toekomst
voorbereid, het ‘leven’
stuurt ons, het ‘leven’ kastijd ons, het ‘leven’
leert ons. Wij leven tussen
geboorte en sterven in, het ‘leven’ beveelt ons
steeds weer, ‘opnieuw’
te beginnen, en dat geldt vooral voor hen die
alleen achtergebleven zijn,
en het ‘voorbije’ hoeft daarbij niet te worden
‘afgedaan’, want het heeft
ons gemaakt tot wat we nu zijn.
Het kan ieder van ons overkomen, en het ‘sterven
of versterven’ is in
dit proces een gegeven waar niemand aan ontkomt.
Net zoals de dood
of een ongeluk op de loer kan liggen, zo kan het
ook zijn dat je, je
geliefde of partner kwijt raakt, en is die dan
niet gedenkwaardig dan?
Hij of zij heeft een korte of lange tijd deel
uitgemaakt van een periode
in je leven waarin veel kon, en geen moeite was
teveel. De betrokken-
heid binnen familie verband, verdwijnt echter
vaak als sneeuw voor de zon,
dat zouden we toch niet moeten willen. Ik zou
hier niet willen pleiten voor
het aanhalen van voorbije contacten, maar het
lijkt me wel een moment
om aan te sporen en na te denken over, goh, ja,
allicht is het wel iets
om bij stil te staan, en als het je overkomt, de
ander hoeft niet in een
wazige verte te verdwijnen, en kan in beeld
blijven, als we dat willen.
Ook is het allicht vandaag hier een plek om ons
te realiseren hoe groot
of klein, in ieder van ons het verlangen is, om
in een hechte vereniging
samen te zijn, met een ander of anderen. Want hoe
dan ook, het verlangen
of het streven naar een evenwichtige verhouding
tussen mannen en vrouwen,
blijft in ons leven bestaan. Het verlangen een
‘paar’ te vormen in de wildernis
van onze maatschappij, van ons s’mensen bestaan
is niet weg te denken.
In de spirituele of religieuze traditie word ons
aanbevolen ons niet te veel
te hechten aan de ander of aan materiële zaken,
en ons niet te laten leiden
door winst en effect bejag. Maar … ons verlangen
verbonden te willen zijn
met een ander in de liefdeskunst, dat mag er toch
zijn? Dat is toch strevens-
waardig, menswaardig?
Het gegeven dat we hier bij elkaar komen, kan
‘ook’ een moment van bezinning
zijn, over hoe doen ‘wij’ dat, onder elkaar en
binnen de kring van verwanten. In
‘liefdesverband’, door respect en begrip op te
brengen voor elkaar, en attent
blijven opdat de een niet dominant wordt ten
opzichte van de ander.
Dat is iets dat in iedere nieuwe generatie aan de
orde blijft komen.
In zorgzaamheid, begrip en mededogen met elkaar
om blijven gaan.
Het is toch van alle tijden, en het geldt voor
iedereen, dat we met elkaar
betrokken blijven?
Het zijn niet alleen de gestorvenen die we hier
gedenken, tevens kunnen we
er een herinnering’s mo/nu\ment
[gedenken beschermen] van maken, voor
hen die uit ons leven verdwenen zijn.
Dit ‘mo/nu\ment’, kan een moment van verlangen
zijn naar wat was,
het kan ook een moment zijn van even bij elkaar
komen, om vanuit de
herinnering verder te gaan naar ‘toekomst’,
waarvan niemand echt
weet hoe die er uit zal zien.
Anthoon
Eindhoven
2014-02-09