38. Yasna [30] Machten en Krachten.


Yasna 30

1. Ik spreek tot hen, die willen horen.

Die niet de taal van hun hart tot zwijgen brengen door hun aards gerichte denken.

Maar die de taal willen verstaan van het hart, dat zich jubelend tot de Heer verheft.

Want slechts in dit verstaan is vrede gelegen: Een vrede, die alle verstand te boven gaat, en vrede, die de mens tot wijsheid leidt. Het licht van de eeuwige waarheid verlichte onze ziel.

2. Spits uw oren

En scherp uw verstand  Om de juiste keuze te doen:

Een geweldige keuze, waaraan geen sterveling zich kan onttrekken.

Gij stemmen der heiligen, Die reeds zolang verstomd zijt: ontwaakt uit uw zwijgen, en roep de mens tot de juiste beslissing.

3. Twee machten maken zich breed in de kosmos: Tweelingen zijn zij: het goed en het kwaad.

Zij manifesteren zich zowel in de natuur als in de geest. Tussen beide moet de mens een keuze doen. Die juist kiezen, krijgen deel aan het goede. De dwazen komen om in hun eigen dwaasheid.

4. Goed en kwaad verhouden zich als dag en nacht. Wat door het ene wordt voortgebracht, wordt door het andere vernietigd. Het ene is de wet van de dag: het leven.

Het andere is de passie van de nacht: de dood.

De dageraad van de komende dag zal de nachtelijke schemer verdrijven. Maar zolang het nog niet zover is:  Zie toe, dat gij de juiste beslissing treft.

5. De tweelinggeesten manifesteren zich in goed en in kwaad.

In recht en in onrecht realiseren ze hun aanwezigheid. Maar het goede alleen is de waarheid. En de waarheid schept leven en vreugde.

6. De ganse hemel en aarde zijn het slagveld van die strijd.

Laat geen twijfels uw beslissing vertragen. Het kwaad is een snel mee-slepende macht.

Het verstrikt u in zijn netten eer ge er erg in hebt.

In die netten gaan al uw goede intenties ten onder. De afgrond van het leed wacht u slechts.

7. Bedenk onder alle wisselingen van het getij, dat leven uw toekomst zij.

Wanneer de, stroom uwer gedachten zuiver vloeit, Wanneer waarheid uw bondgenoot zij,

Dan zult gij er nimmer aan twijfelen, dat de uiteindelijke zegepraal aan de Heer is voorbehouden.

 

8. Eens zal die strijd worden beslist. Dan sterft het kwaad.

Het kwaad zal door het goed worden overwonnen. Mogen wij op het uur der beslissing

De leugen overleveren in de handen van de waarheid.

 

9. Geef ons Heer, dat Wij aan deze kosmische evolutie een bijdrage leveren Tot de overwinning. Geest der waarheid, verlicht onze harten.

Opdat op de stroom van ons bewustzijn

Het vaartuig van de waarheid drijvend blijve.

 

10. De leugen zal aan zichzelf te gronde gaan.

De waarheid zal eeuwig aan Zichzelf gelijk blijven. Richt daarom uw wil op de waarheid.

 

11. Op de naderende overwinning zij ons geloof duurzaam gevestigd.

Onze enige drijfveer zij de waarheid, Die zichzelf gelijk zal blijven in alle wisselvalligheden  van het vergankelijke.

Dan zal zowel nu als straks gelukzaligheid ons deel zijn.

[Uit: De Gatha's van Zarathoestra.]