Maria Kapel en Titus Kapel Kapel links beeld Maria MARIAKAPEL ... Direct na het Theresia van Lisieux-raam komen wij in de Mariakapel. Hier bevindt zich een slanke, ingetogen beeltenis van de Moeder Gods met Kind. Maria wordt in de Kerk vanaf het begin vereerd als het ideale voorbeeld van de waarachtige christen. Haar jawoord op de goddelijke uitnodiging om moeder van Jezus te worden inspireert de christen tot een eigen jawoord op het leven met God, de medemens en zichzelf. Aan de voorspraak van de Moeder Gods wordt veel waarde gehecht. De Maria absis heeft vier ramen, die symbolen uit het boek Genesis weergeven. Deze Verbondsramen hebben gemeen, dat zij de verbondenheid van God met de mensen uitbeelden. Van links naar rechts zien wij: de geest die boven de wateren zweeft (Gn 1,2), de engel bovenaan de ladder in de droom van Jakob (Gn 28,12), de duif met de ark van Noach (Gn 8,8-12), de regenboog na de zondvloed (Gn 9,13). Kapel rechts tekening Titus TITUS BRANDSMA KAPEL ... Tegenover de Mariakapel is de gedachteniskapel van de zalige Titus Brandsma gelegen. Vier ramen herhalen veelvuldig het symbool van de vurige tongen. Tussen deze ramen hangt de beeltenis van Titus Brandsma in gevangeniskledij. Deze geleerde karmeliet heeft vele jaren in Nijmegen gewoond. Op 19 januari 1942 werd hij om zijn landelijke anti-advertentiecampagne tegen de Nationaal-Socialistische Beweging door de Duitsers gevangen genomen. Na gevangenschappen in Scheveningen en Amersfoort stierf hij op 26 juli van hetzelfde jaar in het concentratiekamp Dachau. In 1985 werd hij als martelaar zaligverklaard. Het proces van zijn heiligverklaring is ver gevorderd. Anno Sjoerd Brandsma werd 23 februari 1881 in Oegeklooster bij Bolsward geboren. Hij bleef zijn leven lang hartstochtelijk Fries. Op verschillende terreinen van het katholieke Friesland zette hij zich in, zoals voor de bouw van een gedachteniskapel ter ere van Sint-Bonifatius te Dokkum. Na zijn intrede in de Karmel in 1898, waarbij hij de naam van zijn vader als kloosternaam aannam, werd Titus bovenal karmeliet. Al in het noviciaat schreef hij: 'Ik ben heel gelukkig hier op mijn cel of onder de andere fraters zoals men dat van mij vordert'. Zijn leven lang droeg hij zijn cel om zich heen als een onzichtbare mantel. Nog in de gevangenis van Scheveningen toonde hij zich gelukkig in zijn cel, totdat hij deze laatste geborgenheid uit handen moest geven. In zijn werkzaam leven heeft Titus Brandsma zich op vele terreinen van het kerkelijk en maatschappelijk leven bewogen. Hij legde met de stichting van twee middelbare scholen onder leiding van de karmelieten de grondslag voor de Stichting Carmelcollege (thans 14 scholengemeenschappen, 41.000 leerlingen). Hij was mede-oprichter van de Katholieke Universiteit Nijmegen in 1923, waaraan hij tot zijn dood hoogleraar was in filosofie en mystiek. Met tal van publicaties over het eigen geestelijk erfgoed van de Nederlanden wilde hij mensen van eigen tijd een geestelijk houvast bieden. in 1935 hield hij in Amerika een serie lezingen over de mystiek van de Karmel. Als journalist schreef hij onder meer voor De Stad Oss en De Gelderlander en spande hij zich in voor de beroepsopleiding van katholieke journalisten. In de Tituskapel bevindt zich verder een urn met as uit een massagraf te Dachau. De urn verbeeldt zowel de anonimiteit waarin Titus Brandsma is ondergegaan alsook de aandacht die tal van lotgenoten met hem verdienen: in de persoon van de zalige Titus eren wij allen die om de hogere waarden van het leven zijn (en worden!) omgebracht. ...
Maria Kapel en Titus Kapel
Kapel links beeld Maria
MARIAKAPEL ... Direct na het Theresia van Lisieux-raam komen wij in de Mariakapel. Hier bevindt zich een slanke, ingetogen beeltenis van de Moeder Gods met Kind. Maria wordt in de Kerk vanaf het begin vereerd als het ideale voorbeeld van de waarachtige christen. Haar jawoord op de goddelijke uitnodiging om moeder van Jezus te worden inspireert de christen tot een eigen jawoord op het leven met God, de medemens en zichzelf. Aan de voorspraak van de Moeder Gods wordt veel waarde gehecht. De Maria absis heeft vier ramen, die symbolen uit het boek Genesis weergeven. Deze Verbondsramen hebben gemeen, dat zij de verbondenheid van God met de mensen uitbeelden. Van links naar rechts zien wij: de geest die boven de wateren zweeft (Gn 1,2), de engel bovenaan de ladder in de droom van Jakob (Gn 28,12), de duif met de ark van Noach (Gn 8,8-12), de regenboog na de zondvloed (Gn 9,13).
Kapel rechts tekening Titus
TITUS BRANDSMA KAPEL ... Tegenover de Mariakapel is de gedachteniskapel van de zalige Titus Brandsma gelegen. Vier ramen herhalen veelvuldig het symbool van de vurige tongen. Tussen deze ramen hangt de beeltenis van Titus Brandsma in gevangeniskledij. Deze geleerde karmeliet heeft vele jaren in Nijmegen gewoond. Op 19 januari 1942 werd hij om zijn landelijke anti-advertentiecampagne tegen de Nationaal-Socialistische Beweging door de Duitsers gevangen genomen. Na gevangenschappen in Scheveningen en Amersfoort stierf hij op 26 juli van hetzelfde jaar in het concentratiekamp Dachau. In 1985 werd hij als martelaar zaligverklaard. Het proces van zijn heiligverklaring is ver gevorderd. Anno Sjoerd Brandsma werd 23 februari 1881 in Oegeklooster bij Bolsward geboren. Hij bleef zijn leven lang hartstochtelijk Fries. Op verschillende terreinen van het katholieke Friesland zette hij zich in, zoals voor de bouw van een gedachteniskapel ter ere van Sint-Bonifatius te Dokkum. Na zijn intrede in de Karmel in 1898, waarbij hij de naam van zijn vader als kloosternaam aannam, werd Titus bovenal karmeliet. Al in het noviciaat schreef hij: 'Ik ben heel gelukkig hier op mijn cel of onder de andere fraters zoals men dat van mij vordert'. Zijn leven lang droeg hij zijn cel om zich heen als een onzichtbare mantel. Nog in de gevangenis van Scheveningen toonde hij zich gelukkig in zijn cel, totdat hij deze laatste geborgenheid uit handen moest geven. In zijn werkzaam leven heeft Titus Brandsma zich op vele terreinen van het kerkelijk en maatschappelijk leven bewogen. Hij legde met de stichting van twee middelbare scholen onder leiding van de karmelieten de grondslag voor de Stichting Carmelcollege (thans 14 scholengemeenschappen, 41.000 leerlingen). Hij was mede-oprichter van de Katholieke Universiteit Nijmegen in 1923, waaraan hij tot zijn dood hoogleraar was in filosofie en mystiek. Met tal van publicaties over het eigen geestelijk erfgoed van de Nederlanden wilde hij mensen van eigen tijd een geestelijk houvast bieden. in 1935 hield hij in Amerika een serie lezingen over de mystiek van de Karmel. Als journalist schreef hij onder meer voor De Stad Oss en De Gelderlander en spande hij zich in voor de beroepsopleiding van katholieke journalisten. In de Tituskapel bevindt zich verder een urn met as uit een massagraf te Dachau. De urn verbeeldt zowel de anonimiteit waarin Titus Brandsma is ondergegaan alsook de aandacht die tal van lotgenoten met hem verdienen: in de persoon van de zalige Titus eren wij allen die om de hogere waarden van het leven zijn (en worden!) omgebracht.
...