Bundel - Raadgevingen en overwegingen     2de

 

 

 

 

 2007-05-04 Mysterie mannelijk en vrouwelijk

Liefdes machten en Liefdes Krachten

(fysiek, lichamelijk en geestelijk)

.    Mannelijke aspecten, staan voor scheppend of vernietigend

·    Vrouwelijke aspecten, staan voor ontvankelijk of vormend

·    Seksuele aspecten, staan voor bindend en samenvloeiend

·    Psychische aspecten, staan voor geestelijk of verhelderend

·    Liefde aspecten, staan voor uitnodigend en samenvoegend

·   

Anthoon 27-04-2007

 

 2011-05-19

LIEFDE KOMT - LIEFDE GAAT …

Liefde IS

Liefde ‘verschijnt niet’ …

Liefde ‘verdwijnt niet’ …

Liefde wordt soms versluierd …

Liefde IS er altijd …

Liefde komt …

Liefde gaat …

- tussen hem en haar

- tussen jou en mij

- tussen hemel en aarde

Psalm 37

Wind je niet op over de verzamelaars, de ‘doemenden’ wees niet jaloers op hen die verdorren aan de kant van het water, ze verdwijnen net zo snel als gras.

Leg je vertrouwen in de alles overstijgende ‘liefde’, die woont in het land van eer en trouw. Ja, schep enkel vreugde in de alles overtreffende trap waarlangs ‘liefde’ gaat.

Liefde zal jou de ‘liefde’ geven, waarom je vraagt, leg je ziel in de schoot van JAWHE of DatWatGodIs, want deze almachtige grootheid/eenheid legt rechtvaardigheid in de handen van de wijzen.

Rechtschapenheid zal blijven stralen zoals het zonlicht dag na dag op de aarde schijnt. Wees stil en maak plaats voor de ‘liefde’, maak je niet boos over degenen die slechts voorspoed kennen door hebzucht en onrechtmatig handelen.

Laat woede en boosheid niet toe, ook als is die onrechtmatige daad zo voorspoed gevend. Ook al lijkt jouw boosheid nog zo rechtvaardig, zij tast jouw heelheid en goedheid aan, tot in de vezels van je ‘zijn’ en veroorzaakt daar alleen maar ellende.

De onrechtvaardigen of Doemenden, zullen hun reikdom niet behouden. Wie echter op de ‘liefde’ rekent, zal niet teleurgesteld worden. Verdraag onrechtvaardigheid en negatieve wendingen zo goed als je kan, want het geduld van hen die ‘Doemenden’ genoemd worden is kort, en zij zijn niet in staat de ‘overvloed’ te overzien van hen die in vrede handelen.

Terwijl de bewarenden de vruchten van eerlijk handelen zullen erven, smeden zij die ‘boze’ plannen hebben, ideeën; om de vruchten van hen die noeste arbeid verrichten, te ontnemen, van ‘hen’ die rechtvaardigheid nastreven. Maar de ‘liefde’ treedt altijd binnen, ook al zijn hun plannen nog zo slim of onrechtvaardig.

De Bewarenden of rechtvaardigen, vinden veel troost in hun vasthoudendheid, gestaafd door ‘liefde’, want ‘liefde’ lost kwaadaardige gedachten op tot een ‘niets’. Die Doemenden nemen en nemen, hun zucht naar meer raakt nooit verzadigd, zij willen steeds meer en meer. Hun verlangens gaan op den duur op in rook, hun lust naar meer vergaat uiteindelijk zoals de bloemen in het veld.

De Doemenden nemen en ontvangen zonder iets terug te geven in vrijmoedigheid. De Bewarenden daarentegen geven nog uit hun weinige bezit weg, want wie door de ‘liefde’ wordt gezegend, zal zelfs verlies niet deren, echter Doemenden gaan in hun ‘liefdeloosheid’ ten onder.

Zij die liefhebben verliezen ook, doch zij raken niet terneergeslagen omdat ‘liefde’ hen overeind helpt. Van geboorte af, keren zij zich af van alles wat kwaad is, en wat tot kwaad aanzet, ook al is het ‘boze’ in hun eigen wereld verweven.

De Bewarenden keren zich altijd weer van de Doemenden weg, want de ‘liefde’ baant zich een weg door allerlei duistere omstandigheden heen. De Doemenden loeren naar de Bewarenden omdat hun liefdeafstraling niet weg te denken is.

Vertrouw op de ware ‘liefde’, ware ‘liefde’ kan niet misleiden, echte ‘liefde’ doet het ‘boze’ aantasten. Ware ‘liefde’ doet vrede bewerkstelligen, onrechtvaardigheid wordt door ‘liefde’ opgelost. Niets kan zonder ‘liefde’ blijven bestaan, ‘liefde’ doet onrechtvaardigheid verschrompelen, ‘liefde’ kan wel ingebed worden, maar altijd weet ‘liefde’ zich weer te bevrijden (zo vaart liefde wel.

Doemenden = hebzuchtig of boosaardig

Bewarenden = onzelfzuchtig of goeden

Liefde = minne = God = DatWatGodIs = geloofswerkelijkheid

Tmeegvgs. Anthoon

2011-05-19

 2011-01-10 Bestaanswerkelijkheid

ACHTER GOD/OM KIJKEN … IS WETEN DAT WE NIET KUNNEN WETEN.

Weten.

Niemand komt tot God de Vader(geestelijke inzichten), anders dan door Christus te volgen. Die mens is dan op weg naar heiliging en heling.

Kijken.

De kleur van water is als een gebied van totale oneindigheid, en is te vergelijken met het onbeperkte zichtveld van de zoekende mens, en daarbij is dan sprake van verschoning als die mens een zoeker wordt. Innerlijk brengt het zuivering teweeg opdat wij zullen gaan ‘weten’ wat we onmogelijk kunnen weten, en dat wat we wel graag ‘willen’ weten, en toch willen we blijven ‘zien‘.

Onmogelijk.

Kunnen wij achter God/om kijken? De mens (mensheid) kan steeds verder kijken, terug naar het ontstaan, heel diep, heel hoog, heel ver, maar niet achter God/om. Als God het aller-oorspronkelijkste ‘zijn’ is van ‘alle’ oorsprongen, dan kunnen wij niet achter God/om kijken, omdat God het meest oorspronkelijkste is van alle ding. Dán is alles wat ‘is’, of; ‘geschapen’ is, daar uit voortgekomen, en zijn wij daar voortzettingen van.

Oorsprong en Voortgang.

Oorsprong en Voltooiing, zijn twee uitersten van de wereld in beweging, waarin wij leven, en ‘voortgang’ zit tussen oorsprong en voltooiing in. Wij kunnen niet uit ons ‘zelf’ weten wat we willen weten, daarom moeten we doorgaan met wat we mogelijk kunnen weten, want stilstand is geen voortgang.

Godheid.

Godheid is Godbeleving, en is een geloofde werkelijkheid met ongekende mogelijkheden, want ze wordt door ‘Godservaring’ gestuurd, door een geloof/traditie gedragen, dat hoewel onder druk van gewelddadigheid (gekruisigde Christus) begonnen is, toch door het ‘christendom’ voortgang heeft kunnen vinden, en door ‘liefde’ en ‘respect voor de ander’ tot voltooiing ká n worden gebracht.

Anthoon

 2010-07-08

GEEN STERVELING ZAL GOD ZIEN … EN TOCH GELOVEN.

  • Geen sterveling kan God zien of horen. Overpeinzingen in een hoge kerkruimte. Waarom dan de opbouw van deze hoge ruimten? Nooit zal Gods stem hier hoorbaar tot ons neerdalen, ook al is een kathedraal nog zo hoog.

  • God bestaat in onze ‘verbeelding’ al eeuwenlang, ‘Zijn’ Stem en ‘Zijn’ Gelaat heeft stilte aangenomen, eeuwige stilte, ‘durende’ stilte, dat ons mensen heeft gevormd tot ‘gelovigen’ die in huizen en tempels ‘hun’ God eerbied betonen, offers brengen en gebedsdiensten beoefenen.

  • Zij hebben die eeuwige ‘stilte’ in de ‘geest’ vertaald door te luisteren naar ‘Zijn’ woord en ‘Zijn’ Stem, en deze omgevormd tot een eeuwigdurend gebed.

  • “God” is een taal die door de ‘geest’ tot ons spreekt, en door ‘verbeelding’ is het mogelijk geworden, Gods stem te horen, te proeven, en te spreken, een taal dat voor ‘ieder’ die er oren naar heeft, verstaanbaar en hoorbaar is, zelfs ‘zichtbaar’ voor het ‘derde oog’ (intuïtie of gave) dat aan sommige mensen gegund is.

  • Geen sterveling kan God zien of horen. Wel, zich verbonden weten met de stilte van het onuitgesproken woord, ervaarbare stilte, zichtbare stilte, aanwezige stilte, ‘ruimte’ voor liefdeskracht.

  • Omkeerbaar en wederkerig is het, werkelijke wezenlijkheid, aanwezig in ieder van ons, in de celvormigheid van ons veelvormige bestaan, dat organisch leven heet. Ontstaansmacht of kracht dat tot liefde leidt, dat mensen en levende organismen tot liefdecontacten beweegt, en de mens boven de ‘dualiteit’ van hun ‘geslachtelijkheid’ wil uittillen.

  • Het is de ‘mens’ die God heeft ‘opgericht’ boven de wereld en mensenmassa uit, heeft hij ‘het’ ‘verheven’ tot “Godheid” dat sterk verankerd in “liefdeswerkelijkheid” de mens verleidt door ‘geest’ en ‘overtuigingskracht’ tot ‘minnespel’, dat boven lust en hartstocht wordt uitgetild tot een heiligende bovenzintuiglijke werkelijkheid,

  • Deze ‘Geest’ die mensen voeding geeft in liefdeswerkelijkheid, stijgt uit boven de werkelijkheid van het lichamelijke en het menselijke gebaar. Door ontmoeting en zuivering, is er de maakbaarheid van het ‘zichtbare’ en het ‘onzichtbare’ in ontmoeting en contacten. Door ‘daden van liefde’ en leerzaamheid, wordt die ‘geest’ ondersteund door de peilers; geloof – hoop – liefde – als eeuwig draagvermogen.

  • Titus Brandsma GedachtenisKerk

  • Nijmegen 2010-07-08

  •  2011-12-18

    Aan iedereen, wij en allemaal.

    Soms denk ik wel eens, en al die mensen dan die niet meer in God geloven of kerken bezoeken voor viering en gebed. Die niet meer in de bestaanswerkelijkheid van een God geloven, maken die zich op deze manier er niet te gemakkelijk vanaf? Vaak keren zij zich ook af van de boodschap die Christus ons bracht, en als je goed beseft waaraan dat ligt, dan vind ik dat erg triest en kansen gemist door de reguliere kerken, maar ook van de mensen. De kerk en het geloof in God gewoon links laten liggen, dàt wat mensen daarmee opzij schuiven is niet niks, en het leven wordt dan voor hen een stuk eenvoudiger, je hoeft s’ morgens het bed niet zo vroeg meer uit om op tijd in de kerk te zijn. Je hoeft geen preken meer aan te horen van mensen die het nodig vinden je uit te nodigen, om aardig en attent te zijn naar je medemens, je wordt niet meer uitgenodigd gebedsbijeenkomsten te volgen, je hoeft niet aan vormen van groepsactiviteit mee te doen. Kortom een belangrijk stuk sociale samenhang of uitnodiging daartoe, om rekening met anderen te houden hoeft niet meer. Dat kun je toch ook in je eentje zelf doen, daar heb je toch geen kerk of gebedsgemeenschap voor nodig?, zeggen vele mensen vaak, wanneer ze daartoe uitgenodigd worden, om mee te doen, aan gebed, viering of meditatie oefening.

     Mensen blijven echter zich wel druk maken over de verloedering van de maatschappij, het geweld op straat en in de wereld, en maar klagen hoe erg het wel niet aan het worden is, we kunnen er zo weinig of niets aan doen, wordt talloze malen gezegd. En is dat wel zo? We kunnen mijn inziens niet aan de ‘overheid’ vragen iets te doen, terwijl dat juist binnen het vermogen van de mens ‘zelf’, op straat, school, verenigingen, Wijk of buurt heel goed te doen is.

     En misschien moeten we de oplossing niet alleen blijven zoeken met meer blauw op straat, maar zelf de handen uit de mouwen steken, door het moraliserende karakter van kerk en instituut (vooral betreffende het verleden) niet langer af te kraken, maar er nieuwe vorm aan geven,

    door keuzes te maken in geloof en werkelijkheid in het heden, in de huiskamer, scholen en pleinen, dat we weer bij elkaar samen komen om vorm te geven aan ‘eigenheid’ of ‘structuur’ in de samenleving betreffende zorg en waakzaamheid, binnen de nu bestaande maatschappij. Niet elkaar achter de ‘geraniums’ begluren, maar in alle openheid elkaar tegemoet treden, gewoon simpelweg elkaar weer groeten en goedendag zeggen, ook al zijn we ‘vreemden’ van elkaar. De diversiteit van onze samenleving vraagt om actieve medewerking daarin, ook door gebed en levensovertuiging, niet alleen door te bidden of te vragen of ‘God’ onze wereld wil redden, maar om te bidden dat wij in ‘gezamenlijkheid’ een richting of doel kiezen om na te streven, boven partijen en bevolkingsgroepen uit.

     

    Tmeegvgs.

     2010-06-13

    Een verhaal over ‘ALLEMAAL’ en ‘IEDEREEN’.

     

    ‘Allemaal’ dacht dat ‘Iedereen’ het deed.

     Er moest “werk” gedaan worden en Allemaal dacht dat Iedereen het deed, echter Iedereen dacht hetzelfde als Allemaal. Het resultaat van dit denken was dat wat zo nodig gebeuren moest in het belang van Allen niet werd gedaan.

     Allemaal dacht het, en bijna deed Niemand het. Allemaal dacht dat het echt nodig gebeuren moest, maar Iedereen deed het niet. Allen dacht toen toch echt dat Iedereen het moest doen.

     Uiteindelijk deed Iemand het, maar toch vond Iemand dat Iedereen en Allen het ook moesten doen. Want Iemand vond het niet gepast dat hij het alleen moest doen, en vond echt dat Allen mee moest helpen.

     “Samen” … dacht Allen toen heel slim, staan we sterker, en dan, kan Ontmoeting en Zorgzaamheid ook mee doen. En Ontmoeting wist dat er vele geschikte plaatsen voor waren, bijvoorbeeld in de kerken, daar komen velen toch al bij elkaar om met Allen en Iedereen, samen te vieren met Allemaal, want bijna geen mens word daar uitgezonderd.

     Allemaal zal vooral blij zijn omdat Niemand ook niet uitgezonderd wordt. Zodat Allen kan doen wat Iedereen zo belangrijk vindt.

     2010-06-13