Geschiedenis van de kerken in Ravenstein:


Geschiedenis van de R-K Luciakerk in de St Luciastraat nr 1. 

Het is een op de Zuid-Duitse Barok geïnspireerde kerk uit 1735.  Tegen de oostzijde van het meerzijdig gesloten koor staat een achtkantige toren met opengewerkte houten lantaarn en klokvormige spits. Eenzelfde spits heeft de lantaarn, in het centrum van het schip, op het achtkantige 'mansardedak van de kerk. In de afgeschuinde hoeken van het vierkante schip bevinden zich nissen met beelden die de christelijke deugden, Geloof, Hoop en Liefde uitbeelden. De muren worden geleed met door sobere pilasters en hebben rondboogvensters. Boven de ingang is als sauvegarde het wapen van Karel Philip van Palts-Neuberg, graaf van Megen-Ravenstein aangebracht. De kerk werd gefinancierd uit de opbrengsten van een in 1729 door Johan van Willigen georganiseerde loterij.

Inwendig heeft het schip een achtzijdig koepelgewelf van stucwerk op latten en is in 1936 gedecoreerd met voorstellingen in houtskool en tenmpera door J. ten Horn en P. Koppens. Tot het barokke meubilair uit de bouwtijd behoren een altaar met beelden van P. Verhoeven en D. van Schadewijk, een communibank, twee biechtstoelen en de preekstoel.

Het orgel uit omstreeks 1740, is vermoedelijk herbouwd door M. van Deventer, het werd in  1864 uitgebreid door F.C.Smits. Verder bevat de kerk een 14de eeuwse doopvont, afkomstig uit het kerkje Neerlangel, koorbanken vervaardigd door schrijnwerker Caners omstreeks 1850, en een reeks apostelbeelden door H. van der Geld  [1912-'13] gemaakt naar voorbeeld van P. Vischers beelden uit 1507-'19 rondom het St  Sebaldus graf te Nürnberg.

De voormalige congregatiekapel [marktstraat 13] in vroeg neogotische vorm, stamt uit 1848. De pastorie [St-Luciastraat 3] werd omstreeks 1905 gebouwd in neorenaissance vormen met sgrafittowerk in de geveltop.

**********************************************************************************

Uit de volkskrant van Zaterdag 5 April 2003.

St. Luciakerk, Ravenstein.

Van het drietal geloof, hoop en liefde is het geloof zoek. Althans, de buitennis buiten de kerk is leeg, tot lichte verbazing van stadsgids Leontien van der Hart. 

Als goedgelovigen gaan we er maar vanuit dat het houten beeld elders ver toeft, voor een opknapbeurt. In het niet-alledaagse stad je Ravenstein is ook de Lûci akerk niet alledaags. In het Brabantse land bekleedt ze zelfs een uitzonderingspositie: het is de enige barok kerk, in Zuid-Duitse stijl. Wat alles te maken heeft met Duitse jezuïeten en Duitse vorsten die ooit het land van Ravenstein bewoonden en bestuurden.
De architect is onbekend; een brandbom vernietigde tijdens WO II alle gegevens toen die van het onveilig ge achte Düsseldorf naar een mijn in Helmstedt werden overgebracht.
Dat er in 1729 een loterij aan te pas kwam om de kerk te bouwen, is ook al geen al ledaagse gebeurtenis. Initia tiefnemer was de advocaat J. van Willigen die er, samen met zijn vrouw, een promi nente grafzerk in de kerk mee verdiende. Hij woonde in het statige witte pand te genover de kerkingang, dat tot voor kort stadhuiswas. Omdat Ravenstein tot de komst van de Fransen, in 1794, vrijheid van gods dienst genoot, stond niets de bouw van een katholieke kerk in de weg. Zeker niet toen de loterij veel geld op bracht. De jezuïeten kregen van de opbrengst zelfs wat hoogmoedswaanzin: zij voelden alles voor een grote kruiskerk. Maar twee protes tanten in het hart van Ra venstein lieten zich niet ont eigenen zodat de nieuwe kerk werd wat ze nu nog is. Leontien van der Hart: 'Het verhaal wil, en dat zeg ik al tijd heel nadrukkelijk: het verhaal wil dat die protestanten later katholiek zijn geworden.

Een mooiere plek dan in Ravenstein is voor een kerk nauwelijks te bedenken: aan een pleintje met kasseien en dorpspomp, tegenover de roemruchte stadsherberg De Keurvorst, temidden van oude huizen. De kerktoren tjes vervolmaken het beeld. : Dat de klok op het ene to rentje stilstaat, kan geen toe val zijn.. 

'Zeer sober', noemde W. van Leeuwen in 1976 in Langs oude Brabantse ker ken het interieur van de Luciakerk.'Een kwalificatie die onrecht doet aan het inner lijk dat hoogstens donker kan worden genoemd. Maar niet vandaag nu de zon zo ui bundig via het glas-in-Iood de kerk in brand zet.
Dat niet-alledaagse weet van geen ophouden. Want waar vind je een biechtstoel in de sacristie, speciaal voor slechthorenden? En dat de toren achter het altaar staat, is ook tamelijk ongebruike lijk. Normaal loopt de kerk ganger onder de toren door naar binnen.
Over de schilderingen van het koepelgewelf en het ' priesterkoor kunnen de sma ken verschillen, maar voor op past de bewondering voor het compositie-vermogen van de schilders Jos ten Hom en Piet Koppens, als mede voor hun waaghalzerij toen ze in 1935 aan deze gigantischeklusbegonnen. ~
Alleen maar bewondering past het magnifieke hoogaltaar van de Udense beeld houwer Petrus Verhoeven uit 1735 - met uit lindenhout gesneden kerkvaders. De ba rokke beelden uit diezelfde tijd zijn rond 1910 door de toenmalige pastoor uit de kerk gezet als zijnde 'bandie ten'. Twee staan er nog in de pastorie. Diezelfde pastoor liet een houten Madonna beeld uit de 15de eeuw kleu rig beschilderen (polychro- meren).
Ravenstein is er heder dage niet echt gelukkig mee. Frans van Schoonderwalt.